dinsdag 20 maart 2012

 
Ik schaam me diep, geneer me dood, maar ik heb er geen zin meer in.
Het klinkt haast als een verwend nest. Misschien ben ik dat ook wel.

Dat dit gevoel al langer op de achtergrond speelde wist ik wel, maar het is nou niet iets waar je mee te koop loopt. “Ik heb geen zin meer in de zorg voor mijn kind”,   ....en hopla, minimaal 16 paar wenkbrauwen schieten de lucht in. Wenkbrauwen die geen idee hebben wat zorgen überhaupt betekend in de zin die ik bedoel, maar ook wenkbrauwen die dit zorgen al jaren doen, soms al veel langer dan ik dat doe, maar het op een of andere wijze blijven doen zonder mopperen en met veel plezier.

Ik ben vast een heel negatief persoon, maar wil dat niet geloven. Of beter misschien, ik kan dat niet geloven. Waarschijnlijk omdat ik er dan zelf nogal bekaaid vanaf kom. Feit blijft dat nadat de zorgbehoefte van Bram een beetje duidelijk werd, jaren geleden, ik me rot schrok van wat er in het verschiet lag en ik toen niet eens de helft voor ogen had. Laat niet weg dat ik wel bewust en vol liefde me op Bram en later mijn hele gezin gestort heb. Dat ik ondanks het altijd weer inleveren, alle bemoeienis, tegenwerking en alle kritiek, bijna elke ochtend vol goede moed en strijdlust de dag weer begon. De laatste jaren merkte ik wel dat ik het steeds minder makkelijk kon opbrengen, dat mijn hele lijf tegenstribbelde en dat ik puur uit plichtsbesef en liefde voor mijn kind(eren) door bleef gaan.

De hebberigheid van zorg- en dienstverleners, allemaal afhankelijk van zo’n kwetsbaar kind. Een systeem wat zo overduidelijk geld over de balk smijt, bezuinigt op niet effectieve plekken en een genadeloosheid en arrogantie die totaal respectloos is. Het is tot in het diepste van mijn ziel doorgedrongen en laat een misselijk makende smaak achter. Zodanig dat ik de mooie dingen ook bijna niet meer herkende. Echte vrienden die ook al konden ze me niet meer volgen of helpen, toch geïnteresseerd bleven in mij, in mijn gezin, maar ook in Bram ondanks al zijn beperkingen. Hem een knuffel bleven geven, een kaartje bleven sturen, maar boven al zien ze dat hij een lief kind is dat hulp nodig heeft en dat ik heus mijn best doe en het niet zo kwaad bedoel.

Als een kind uitvliegt om de wereld zelf te gaan ontdekken, zo stel ik mij dat voor, hoop je het genoeg bagage mee te geven om zich staande te kunnen houden. Je wil graag dat je kind vaardig genoeg is om keuzes te maken die niet schadelijk zijn, zelfstandig genoeg om gelukkig te zijn en niet eenzaam. Bram heb ik al die bagage niet mee kunnen geven en toch merk ik dat hij groot en sterk genoeg is geworden om tegen een stootje te kunnen, mooi en zachtmoedig is waardoor mensen zich tot hem aangetrokken voelen en  lief en kwetsbaar waardoor men zich om hem blijft bekommeren.

Nu merk ik pas dat ademhalen heerlijk is, dat loslaten bevrijdend kan werken, dat missen fijn kan zijn en maar heel betrekkelijk is. 


Geen opmerkingen:

Een reactie posten